Een telefoongesprek voeren via satelliet met een gewone smartphone? Vodafone claimt de eerste telecomaanbieder ter wereld te zijn die dit mogelijk heeft gemaakt. Onlangs heeft het bedrijf zelfs een videogesprek gevoerd via satelliet om deze innovatieve software te testen. Maar hoe werkt dat nu eigenlijk, bellen via satelliet met je smartphone? En wat kunnen we in de toekomst verwachten van deze nieuwe technologie? In deze blog vertellen we je er alles over!
Nieuwe sat2phone-technologie van Vodafone
Vodafone’s nieuwe technologie voor het bellen via satelliet met je smartphone is gedoopt tot de sat2phone-technologie. Deze technologie maakt het mogelijk om te bellen of zelfs videobellen op locaties waar geen traditionele netwerkdekking beschikbaar is. Je hebt hier geen speciale satelliettelefoons, schotelantennes of andere apparatuur voor te hebben, alleen je smartphone en een Vodafone-abonnement. Gebruikers kunnen ongemerkt schakelen tussen satellietnetwerken en grondgebonden netwerken via een zogenoemde space-to-land gateway. Vodafone noemt de nieuwe technologie een ‘aanvulling op het bestaande 5G-netwerk’ die daarnaast extra dekking biedt in gebieden zonder vaste of mobiele alternatieven. Denk bijvoorbeeld aan afgelegen bergachtig terrein of op zee.
Vodafone test videogesprekken via satelliet
Als test van hun nieuwe technologie liet Vodafone een technici van de Britse Vodafone Group videobellen met de CEO van het bedrijf op een winderige heuvel in Wales, via een normale 5G-telefoon en zonder netwerkbereik. Het gesprek vond plaats via de BlueBird-satellieten van AST SpaceMobile. Dit Texaanse bedrijf lanceerde in december 2024 hun eerste vijf satellieten de ruimte in. In diezelfde maand sloot Vodafone een tienjarige partnerdeal met het bedrijf af. Deze nieuwe technologie is de eerste stap in hun hernieuwde samenwerking, want Vodafone en AST SpaceMobile werken al sinds 2019 samen aan projecten!
Kunnen klanten van Vodafone nu videogesprekken voeren via satelliet?
Betekent dit nu dat alle klanten van Vodafone per direct gebruik kunnen maken van deze mooie nieuwe functionaliteit? Nee, dat helaas nog niet, maar het zal niet al te lang duren. Vodafone wil de sat2phone-dienst het liefst namelijk al in het tweede gedeelte van 2025 op de markt brengen voor de consumenten. In de loop van 2026 wil het bedrijf in heel Europa dekking kunnen bieden voor hun innovatieve dienst. Over een jaar kan het goed zijn dat iedereen met een Vodafone-abonnement dus kan bellen via satelliet met hun smartphone.
Ga jij gebruikmaken van deze nieuwe dienst?
Op 2 februari is het eerste deel van de Europese AI Act in werking getreden. Dat betekent dat er een deel van de beschikbare AI-toepassingen inmiddels verboden zijn om te gebruiken binnen Europa. Het is verstandig om als bedrijf goed op de hoogte te zijn van wat je wel en niet nog mag doen met AI, zeker als je hier veel gebruik van maakt voor jouw dagelijkse werkzaamheden. In dit artikel vertellen we je alles over de AI-toepassingen die sinds deze maand verboden zijn in Europa, zodat je goed op de hoogte bent!
1. Kunstmatige intelligentie die manipuleert of misleidt
Ten eerste zijn AI-toepassingen die mensen manipuleren of misleiden sinds deze maand verboden in Europa. Dit kun je natuurlijk op veel manieren opvatten, want wanneer is iets nu echt manipulatie of misleiding? De omschrijving die het Europees Gerechtshof hieraan geeft is als volgt: ‘Systemen die gebruikmaken van de kwetsbaarheden van mensen, zoals leeftijd of handicap, om hen te beïnvloeden’. Je mag dus geen kunstmatige intelligentie gebruiken die op wat voor manier dan ook misbruik maakt van een handicap die iemand heeft, of bijvoorbeeld een hogere of juist lagere leeftijd.
2. AI-toepassingen die gebruikmaken van Social Scoring zijn nu verboden
AI-toepassingen die gebruikmaken van Social Scoring zijn sinds deze maand ook streng verboden in Europa. De term Social Scoring zegt je vast wel iets. Het is het geven van een bepaalde beoordeling aan mensen op basis van hun gedrag, dus een sociale score. Je mag dus geen kunstmatige intelligentie meer inzetten die mensen beoordeelt op hun sociale gedrag of bepaalde persoonlijke kenmerken. Stel dat je bijvoorbeeld AI gebruikt voor het scannen van sollicitaties of cv’s, dan moet je zeker weten dat dit systeem de sollicitanten niet beoordeelt op leeftijd, geslacht of etniciteit. Het is al langer bekend dat bepaalde AI-toepassingen nog erg de neiging hebben om te discrimineren, dus let hier goed mee op!
3. Systemen die misbruik maken van kwetsbare groepen
Helaas kan kunstmatige intelligentie ook gebruikt worden om kwetsbare groepen op een ‘slimme’ manier uit te buiten. Toepassingen die dit op wat voor manier dan ook doen, zijn vanaf deze maand ook verboden om te gebruiken. Bij kwetsbare groepen kun je bijvoorbeeld denken aan ouderen, mensen met een bepaalde handicap of beperking, mensen met een taalbarrière of mensen met een bepaalde sociaaleconomische situatie. AI-toepassingen die specifiek zijn ontworpen om dit soort groepen mensen uit te buiten, mogen niet meer gebruikt worden.
4. Emotieherkenning op het werk en in het onderwijs
Emotieherkenning met behulp van AI op de werkplek en in het onderwijs is een andere vorm van AI die vanaf nu verboden is in Europa. Maar wat moet je nu verstaan onder emotieherkenning en wat kan een werkgever of een docent hiermee? Op de werkplek gaat het vooral om het continue monitoren van werknemers. Dit kan op diverse manieren gebeuren, bijvoorbeeld via herkenning van oogbeweging, typsnelheid of stemherkenning. Een andere manier die we vandaag de dag vaker tegenkomen, is het monitoren via wearables die werknemers dragen. Dit is dan voor het meten van stress- en vermoeidheidsniveaus, vaak om ongelukken te voorkomen op de werkvloer.
Werkgevers zeggen deze tools vaak te gebruiken voor het bevorderen van de gezondheid en veiligheid van hun personeel, maar er zit natuurlijk een grote keerzijde aan. Voor werknemers zorgt dit voor angst en gevoelens van toezicht. Daarnaast kan het zorgen voor een onevenredige belasting op de werkvloer en zelfs burn-out, emotionele vermoeidheid en minder werkplezier. Om die reden is het niet meer toegestaan om als werkgever AI in te zetten voor emotieherkenning bij het personeel.
5. Realtime biometrische identificatie in openbare ruimtes
De laatste soort AI-toepassingen die vanaf nu verboden is om te gebruiken, is AI die realtime biometrie gebruikt om mensen in een openbare ruimte te identificeren. Dit houdt bijvoorbeeld in dat een AI-systeem mensen identificeert op basis van realtime gezichtsherkenning. Op dit verbod zijn enkele uitzonderingen gesteld. Biometrische identificatie in openbare ruimtes met behulp van kunstmatige intelligentie zijn wel toegestaan voor opsporing van vermiste personen of het voorkomen van ernstige bedreigingen.
Zorg voor genoeg AI-kennis binnen jouw organisatie
Naast het verbieden van bepaalde vormen van AI verplicht de Europese AI Act bedrijven om ervoor te zorgen dat hun personeel voldoende kennis heeft van AI. De kennis die ze hebben moet passen bij hun rol binnen de organisatie en de context waarin AI wordt ingezet door het bedrijf. Het is belangrijk dat je deze kennis zelf in huis hebt als onderneming, in plaats van dat je afhankelijk bent van externe experts. Het niet naleven van de AI Act kan namelijk erg hoge boetes opleveren die oplopen tot 35 miljoen of zeven procent van de jaarlijkse omzet van je bedrijf. Zorg dus dat je geen gebruik meer maakt van de AI-toepassingen die nu verboden zijn in de EU!
Cybersecurity wordt alsmaar ingewikkelder met alle nieuwe innovaties en technieken die erbij komen, maar daarom ook alleen maar belangrijker. Dit geldt voor particulieren, maar voor bedrijven is dit natuurlijk nog een veel dringendere zaak. Zij zullen immers eerder het doelwit zijn van serieuze cybercriminelen dan particulieren. Een groot onderdeel van een sterke cybersecurity als bedrijf, is genoeg bewustzijn bij je personeel. Via hen kunnen cybercriminelen vaak het makkelijkst binnenkomen in jouw systemen. Het is dus belangrijk dat zij zich goed bewust zijn van de gevaren en signalen. In dit artikel geven we je 5 tips om de cybersecurity awareness bij jouw personeel te verbeteren!
1. Let op voor verdachte e-mails
Het lijkt zo simpel, maar het gaat toch erg vaak fout: nep e-mails. Verdachte e-mails worden op het eerste oog steeds minder verdacht. Cybercriminelen worden er namelijk steeds beter in om deze mails na te bootsen. Het herkennen van verdachte e-mails is dus heel wat lastiger geworden de afgelopen jaren. Daarom is het nog belangrijker om jouw personeel hier scherp op te houden. Check goed op spelfouten, vreemde afzenders of logo’s die niet helemaal kloppen. Geef daarnaast duidelijke instructies over links in e-mails, sms-berichten of Whatsapp berichten. Wil je in een e-mail checken of een link betrouwbaar is? Als je er even met je muis op blijft staan, ZONDER te klikken, wordt na enkele seconden de echte link zichtbaar en kun je zien of deze verdacht is of niet.
2. Wees niet te nonchalant met wachtwoorden
Dit is natuurlijk iets waar vaak voor gewaarschuwd wordt, maar we gaan het toch nog een keer doen. Veel Nederlanders gebruiken namelijk nog steeds op veel plekken dezelfde wachtwoorden en vergeten ze ook nog wel eens op tijd te veranderen. Uit onderzoek blijkt zelfs dat de meeste Nederlanders alleen hun wachtwoord wijzigen als dit echt moet, bijvoorbeeld bij een datalek of als een systeem je verplicht om eens in de zoveel tijd je wachtwoord aan te passen. Het beste is om iedere 90 dagen je wachtwoorden te veranderen en om overal een ander wachtwoord te gebruiken, zeker binnen je bedrijf. Voor de beste beveiliging in 2025 raden we aan om tweefactorauthenticatie in te stellen, bijvoorbeeld door middel van een SMS-bericht of een authenticatie-app. Hiermee maak je het veel moeilijker voor hackers. Hoor jij jouw medewerkers wel eens klagen over het inloggen met tweefactorauthenticatie? Dan is dat meteen een mooie kans om deze tips voor cybersecurity awareness in te zetten.
3. Wees voorzichtig met gevoelige gegevens
Blijf altijd voorzichtig met het geven van gevoelige of persoonlijke gegevens. Bedrijven, providers of banken vragen hier nooit zomaar om. Denk aan informatie zoals je inloggegevens, e-mailadressen of wachtwoorden. Cybercriminelen hoeven maar in één account te kunnen van een van jouw werknemers om schade aan te kunnen richten aan jouw systemen en processen. Geef je werknemers dus mee om nooit zomaar deze gegevens aan iemand te verstrekken. Daarnaast is het belangrijk dat ze niet inloggen op hun werkaccounts via niet-beveiligde verbindingen. Je weet maar nooit wie er meekijkt!
4. Eén van de vaak vergeten tips voor cybersecurity awareness: Houd alles up-to-date
Hoe vervelend updates soms ook kunnen zijn, we raden je zeker aan om ze nooit te negeren. Om welke software het ook gaat, updates zijn enorm belangrijk om de beveiliging goed te houden. Veel software updates bevatten namelijk ook beveiligingsupdates. Ontwikkelingen in technologie gaan momenteel zo snel dat er voor cybercriminelen constant manieren bij komen om systemen of netwerken te hacken of op een andere manier schade aan te richten. Voor softwareontwikkelaars is het dus noodzakelijk om hun software te updaten om de cybercriminelen voor te blijven. Denk de volgende keer dus even na voordat je weer op ‘uitstellen’ klikt als een programma vraagt om een update 😉
5. Let op met automatisch inloggen
Het is natuurlijk heel handig om je wachtwoorden op te slaan en automatisch inloggen in te stellen op diverse websites en systemen. Maar veilig is het meestal niet. Mocht je laptop gestolen worden, dan wil je niet dat iemand in kan loggen bij al jouw accounts en systemen. Dit is één van de belangrijkste tips op het gebied van cybersecurity awareness, aangezien men eerder voor gemak gaat dan voor veiligheid. Heb je automatisch inloggen niet ingesteld, dan moet je alsnog opletten dat je online accounts niet afsluit zonder uit te loggen. Ben je klaar met werken? Log dan altijd overal uit!
Het digitale landschap wordt steeds geavanceerder en ingewikkelder, maar daardoor zijn mensen ook steeds kwetsbaarder in de online wereld. Zeker als je zelf wat minder onderlegd bent op dit gebied, zijn er een hoop dingen waar je voor op moet letten. Cybercriminelen worden immers steeds slimmer en met iedere innovatie komt er ook weer een nieuwe kans voor hen bij. Wat kun je als bedrijf verwachten op het gebied van cybersecurity trends in 2025? Waar moet je rekening mee houden? Daar gaan we in dit artikel verder op in!
Bedrijven investeren meer in cybersecurity
Aangezien experts verwachten dat er een hoop nieuwe dreigingen bij gaan komen in de online wereld, zullen veel bedrijven dit jaar meer gaan investeren in cybersecurity. Helaas zal dit niet altijd vrijwillig zijn, je kunt er bijna niet meer onderuit als ondernemer zijnde. Mocht je als bedrijf een virus binnenkrijgen, dan ben je vaak immers veel meer geld kwijt. Het komt vaak voor dat cybercriminelen systemen ‘gijzelen’, waardoor bedrijven niets meer kunnen, totdat ze losgeld betalen. In de meeste gevallen zijn bedrijven hier ook niet meer voor verzekerd als ze te weinig maatregelen nemen op het gebied van cybersecurity. Het zou dus ook erg onverstandig zijn om niet te investeren in de online veiligheid van jouw systemen.
Een van de belangrijkste cybersecurity trends 2025: Kunstmatige intelligentie brengt nieuwe gevaren
De komst van kunstmatige intelligentie heeft natuurlijk al een hoop mooie innovaties met zich meegebracht. AI-assistenten kunnen securityprofessionals steeds beter ondersteunen in het beveiligen van systemen en het opsporen van risico’s en zwakke plekken. Helaas betekent dit dat cybercriminelen hier ook gebruik van kunnen maken. Het gebruik van AI is door de EU voor een deel aan banden gelegd sinds dit jaar, maar de wetten zijn nog niet zo streng dat cybercriminelen kunstmatige intelligentie niet meer in kunnen zetten. Criminelen gaan in 2025 meer gebruikmaken van AI om mensen op te lichten online of om systemen van bedrijven te hacken. Denk bijvoorbeeld aan phishing e-mails die door AI zijn opgesteld en daardoor bijna niet meer van echt zijn te onderscheiden. Experts voorspellen dat tegen 2027 17% van de cyberaanvallen mogelijk worden gemaakt door generatieve AI.
Identiteitsfraude en verificatie
Een andere voorspelling is dat identiteitsfraude vaker voor zal komen in 2025. Via de achterdeur komen cybercriminelen binnen in jouw e-mail of iets vergelijkbaars, waardoor ze indirect ook bij andere gegevens kunnen, bijvoorbeeld van een kennis of collega van jou of andere accounts die jij zelf gebruikt. Om dit tegen te gaan, is het belangrijk voor bedrijven om hun toegangs- en identiteitsbeheer te versterken. Een goede manier om dit te doen is bijvoorbeeld voor alle bedrijfsmiddelen tweefactorauthenticatie instellen. Daarnaast is het belangrijk om jouw werknemers constant scherp te houden op fraude en cybercriminaliteit. Zero Trust gaat naar verwachting dan ook een grote trend zijn dit jaar. Dit houdt in dat iedere gebruiker, elk apparaat en iedere verbinding steeds geverifieerd moet worden, om zeker te weten dat het te vertrouwen is. Blind vertrouwen in de digitale wereld kan niet meer anno 2025!
Volgens een recente analyse van Synergy Research Group zal de capaciteit van hyperscale datacenters tegen 2030 drie keer zo hoog zijn als hij nu is. Wat de reden daarachter is? Dat kun je waarschijnlijk wel raden: jawel, AI! De trend is de afgelopen jaren altijd geweest dat de kritische belasting van hyperscale datacenters alsmaar toeneemt, maar die groei is dankzij AI-services en generatieve AI-technologie alleen maar vergroot!
Druk op datacenters neemt alsmaar toe door AI
Sinds de komst van AI en allerlei generatieve oplossingen is de druk op datacenters steeds meer gaan toenemen. De vraag naar energie in datacenters neemt constant toe, maar hoe speelt men hierop in? Dit is immers niet de enige uitdaging waar beheerders van datacenters voor staan. De stijgende energiekosten en strengere milieuwetgeving maken het niet eenvoudiger om aan de steeds groeiende vraag te voldoen. Toch zal de capaciteit van hyperscale datacenters volgens experts nog behoorlijk gaan groeien en zeker drie keer zo hoog zijn als nu tegen de tijd dat we het jaar 2030 bereiken.
Meer datacenters, maar ook grotere datacenters
De capaciteit moet dus hoger. Om dit te bereiken, bouwt men niet alleen nieuwe datacenters, maar ook grotere datacenters. Eind 2024 waren er volgens het rapport van Synergy wereldwijd 1103 operationele hyperscale datacenters. Daarnaast stonden er nog 497 extra faciliteiten op de planning. Naast het plannen van nieuwe locaties worden er veel datacenters uitgebreid om de capaciteit te vergroten. Het totale aantal datacenters blijft ook dit jaar zeker groeien, maar wat vooral opvalt, is dat ze een stuk groter worden. Gemiddeld worden nieuwe datacenters twee keer zo groot als hun voorgangers. Een reden hiervoor is onder andere de introductie van GPU-georiënteerde infrastructuur die onmisbaar is voor de werklading die kunstmatige intelligentie met zich meebrengt. Bestaande datacenters waren voornamelijk CPU-gebaseerd, maar AI vraagt om een verschuiving naar GPU’s en andere gespecialiseerde hardware. Er komen dus niet alleen meer datacenters bij dit jaar, maar ze worden ook allemaal groter.
Energiezuinige datacenters
Het energieverbruik van datacenters blijft natuurlijk een punt van discussie, zeker als er meer en grotere datacenters bijkomen. Wetgevingen rondom milieuvriendelijkheid worden steeds strenger, dus moet men ook voor datacenters aan C02-vriendelijke alternatieven gaan werken. Een rapport van Atlantic Ventures en Nutanix geeft aan dat datacenters de komende 6 jaar hun C02-uitstoot met 19 miljoen ton kunnen verminderen. Dat is vergelijkbaar met de uitstoot van 4,1 miljoen auto’s en dus zeker niet verwaarloosbaar. Die besparingen zijn te behalen door middel van energie-efficiëntie en het inzetten van on-demand compute-capaciteit in de cloud. Ook de overgang naar HCI kan leiden tot een jaarlijkse energiebesparing van 27% ten opzichte van de traditionele datacenterarchitecturen. Volgens het rapport kunnen deze energiebesparingen tegen 2030 zo’n 25 miljard euro opleveren!
De ABN Amro bank verwacht dat de Technologie, Media & Telecom sector ook in 2025 weer groeit zoals de afgelopen jaren. Namelijk met 5% en in 2026 alsnog met 4%. De reden hiervoor is de aanhoudende digitalisering, cloud-migratie en innovaties rondom AI in Nederland. Dit betekent dat de TMI-sector weer terug gaat naar zijn historische trend. De analyse die deze verwachte groei aangeeft is opgesteld door sectoreconoom Mario Bersem. In dit artikel vertellen we je over alle interessante bevindingen in de analyse!
Invloed van de krappe arbeidsmarkt op
De krapte op de arbeidsmarkt houdt nog steeds aan, wat natuurlijk ook invloed heeft op de Technologie, Media & Telecom sector. Ongeveer 20% van de mensen die in deze sector werken op dit moment, zijn ZZP’er. ICT-experts zijn vandaag de dag in een hoop sectoren gewild, waardoor er ook in de TMI-sector een tekort is aan specialisten binnen de ICT. Tegenwoordig is ICT immers een belangrijk onderdeel van de meeste bedrijven. Wat nog meer opvalt, is dat veel experts binnen de TMI-sector vaste diensten werken. Vormen van flexibel werk komen in deze sector dus weinig voor.
AI-innovaties zorgen voor veel groei in de Technologie, Media & Telecom sector
Een van de oorzaken achter de grote groei van de TMI-sector, zijn alle recente en geplande AI-innovaties. In 2022 begon de hype rondom AI, voornamelijk met het publiekelijk beschikbaar worden van ChatGPT. Sindsdien is deze sector volop aan het ontwikkelen en experimenteren met behulp van kunstmatige intelligentie. In sommige sectoren heeft AI natuurlijk een minder fijne impact, bijvoorbeeld door het verlies van banen. Dit zie je bijvoorbeeld nu al een beetje terugkomen in de vertaalsector. Toch verwacht men ook grote doorbraken op het gebied van AI die juist gaan zorgen voor meer productiviteit voor werknemers in allerlei sectoren. Volgens het rapport van de ABN Amro kan 2025 wel eens een groot kantelpunt zijn voor kunstmatige intelligentie in de TMI-sector. Dit voornamelijk omdat nieuwe innovaties die het afgelopen jaar getest en verbeterd zijn dit jaar echt toegepast kunnen worden in het bedrijfsleven. Voor de tech-sector verwacht de ABN Amro een economische groei van 7% in 2025 dankzij AI-toepassingen!
Veel strijd binnen de TMI-sector
Er is momenteel veel strijd binnen de TMI-sector, met name een strijd om de consument. Dit is je vast niet ontgaan. Veel telecombedrijven zijn ‘agressiever’ promotie gaan maken voor hun producten en diensten. Momenteel richten ze zich voornamelijk op de internetabonnementen, aangezien steeds minder mensen nog tv-abonnementen afnemen. Odido heeft hierin een grote stap gezet door te starten met het ondersteunen van snel internet via 5G. Op deze manier gaat de aanbieder direct de concurrentie aan met de glasvezel van KPN. De strijd tussen telecombedrijven uit zich in een druk op de prijzen en innovaties in de sector. Ze kunnen niet achterblijven op de concurrent, want dan zijn ze zo hun klanten kwijt. De ABN Amro verwacht voor de Telecomsector in 2025 slechts een groei van 1%. Ook in de sector heeft AI veel invloed, aangezien het een manier is voor telecomaanbieders om met innovaties te komen waarmee zij zichzelf kunnen onderscheiden van de concurrent.
In juni stemde de Eerste Kamer over het wel of niet invoeren van de datadeelwet WGS. Deze nieuwe wet stelt de overheid in staat om eenvoudiger gegevens uit te wisselen en te analyseren. De reden die de overheid geeft voor het invoeren van deze wet is het bestrijden van maatschappelijke problemen en criminaliteit, maar privacydeskundigen hebben er behoorlijk wat kritiek op. Ze zijn namelijk bang dat deze wet niet in het voordeel van de privacy van de ‘gewone burger’ gaat zijn. Maar hoe komt dat eigenlijk? Dat gaan we je vertellen in dit artikel!
Waarom maken experts zich zorgen over de WGS?
Als Wet Gegevensverwerking en Samenwerkingsverbanden ingaat op 1 maart 2025, dan krijgt de overheid ineens veel vrijheid om een hoop gegevens van burgers te verzamelen en analyseren. Volgens onderzoeksplatform Follow the Money zit dit wel gevaarlijk dicht bij de grenzen die de Grondwet aangeeft op het gebied van privacy. Experts op het gebied van privacy van gegevens en data maken zich al langer zorgen over de privacy van de bevolking en de steeds grotere controle die de overheid hierover heeft. Denk bijvoorbeeld aan de Digital ID, CBDC en het idee voor een Europees Medisch Dossier.
Wat houdt de WGS nu precies in?
Het idee van dit nieuwe wetsvoorstel is dat de overheidsorganisaties gaan samenwerken op het gebied van data. In Nederland gaat dit dan om de gemeente, de politie, het OM, het UWV of de Belastingdienst, maar ook diverse banken en andere financiële instellingen. Deze organisaties gaan onderling gegevens uitwisselen over bepaalde casussen. Dit gebeurt sinds 2008 in sommige situaties al wel, maar tot nu toe was daar nog geen wettelijke basis voor. Vanaf maart 2025 dus wel. Vanaf het moment dat het wetsvoorstel naar de Eerste Kamer ging afgelopen juni, is er nog veel aan gesleuteld. Dit heeft wel het gevolg gehad dat de wet nu strikte voorwaarden stelt aan het delen van informatie binnen vier samenwerkingsverbanden in de zorg, justitieketen en het openbaar bestuur. Worden jouw gegevens uitgewisseld tussen de organisaties, dan ontvang je hierover bericht, maar je kunt het niet tegenhouden!
Wat kunnen negatieve gevolgen zijn van de WGS?
Experts maken zich natuurlijk niet voor niets alsnog zorgen om de gevolgen van de nieuwe wetgeving. Er kwam veel tegenstand van onder andere de vakbond FNV en de Landelijke Cliëntenraad, die mensen met een uitkering vertegenwoordigt. Zij zijn bang voor nieuwe Toeslagenaffaires als gevolg van de nieuwe wet. Data kan leiden tot een verkeerde profielschets van een burger. Daarnaast heeft degene van wie er informatie uitgewisseld wordt geen kans om zich te verdedigen of om uitleg te geven. Dit kan leiden tot verkeerde interpretatie van data en dus ook onterechte conclusies. Ook de Autoriteit Persoonsgegevens was onder andere hierdoor niet blij met het wetsvoorstel. Toch werd de wet in juni aangenomen door de Eerste Kamer en inmiddels is bekend dat hij op 1 maart 2025 in werking treedt.
Het leek altijd science fiction: auto’s die zichzelf besturen zonder dat wij als mens ook maar iets hoeven te doen. We weten allemaal vandaag de dag wel dat dit al lang geen science fiction meer is, maar dat het ook daadwerkelijk binnen handbereik is. Nu wordt het ook in ons land werkelijkheid: Nederland test vanaf 2027 zelfrijdende auto’s. Maar hoe gaat dat eigenlijk in zijn werk? Daar gaan we het over hebben in dit artikel!
Waarom test Nederland ineens zelfrijdende auto’s?
Het lijkt misschien een beetje uit het niets te komen, aangezien ons land hier nu niet bepaald veel mee bezig was de laatste tijd. Het kabinet wil over een paar jaar graag beginnen met het testen van autonome auto’s, omdat ze anders bang zijn dat fabrikanten meer in het buitenland gaan testen. Hierdoor kan het zijn dat zelfrijdende auto’s minder rekening houden met de Nederlandse wegen. Over het algemeen zijn de wegen in Nederland immers een stuk drukker dan wegen in andere landen. Als we hier met autonome auto’s willen rijden, is het belangrijk dat die auto’s rekening houden met die drukte.
Verandering in de wetgeving in 2022
Sinds 2022 is Nederland sowieso al verplicht om tests met zelfrijdende auto’s toe te staan. Dit komt door een Europese regelgeving die in dat jaar werd aangenomen. Die regels zorgen ervoor dat autofabrikanten goedkeuring kunnen aanvragen voor autonome auto’s. De auto’s moeten hiervoor eerst op de openbare weg getest zijn, anders kunnen ze niet goedgekeurd worden. Daarnaast willen overheidsdiensten en autofabrikanten om andere redenen zelfrijdende auto’s kunnen testen op de openbare wegen. In dit geval gaat het bijvoorbeeld om modellen die nog niet klaar zijn voor typegoedkeuring. Door deze rijtuigen toch op de openbare weg te testen, test je ook meteen de interactie tussen mens, het voertuigsysteem en de weg!
Wat is er zo anders aan de Nederlandse wegen?
Waarom is het nu eigenlijk zo belangrijk voor Nederland dat zelfrijdende auto’s ook een test ondergaan op de wegen in ons land? Zowel autofabrikanten als overheidsinstanties willen weten hoe het systeem van autonome auto’s samen gaat met de typische Nederlandse verkeerssituaties. Dingen zoals wegbelijning en het gedrag van chauffeurs verschillen doorgaans nogal per land. Dat maakt het noodzakelijk om het systeem per land te testen om het veilig in te kunnen zetten. In Duitsland zou dit bijvoorbeeld belangrijk zijn omdat bestuurders hier over het algemeen harder mogen rijden dan in omliggende landen. Een ander voordeel van deze tests is dat wegbeheerders inzicht krijgen in waar een weg aan moet voldoen om geschikt te zijn voor zelfrijdende systemen.
Nederland test zelfrijdende auto’s, maar is dat wel veilig?
We kunnen ons voorstellen dat het testen van autonome auto’s op de openbare weg voor sommige mensen erg onveilig klinkt. Autofabrikanten en overheidsinstanties nemen uiteraard de nodige voorzorgsmaatregelen om het testen veilig te houden voor andere weggebruikers. Dit doen ze met behulp van een zogeheten ‘veiligheidsbestuurder’. Dit houdt in dat er een extra bestuurder fysiek aanwezig is of op afstand meekijkt met de handelingen van het zelfrijdende systeem. Ook mogen de tests op de openbare weg pas beginnen nadat het systeem door alle andere vormen van tests heen is gekomen zonder opmerkingen en verbeterpunten. Je hoeft dus niet bang te zijn dat de tests zorgen voor een hoger risico op ongelukken!
Meer redundantie en terugdraaien monocultuur
In Nederland heerst er nog steeds een monocultuur op het gebied van internetnetwerken en glasvezelkabels. Dit houdt in dat veel netwerken geen back-up kabels of systemen hebben in het geval van een storing of sabotage. Dit zien we in ons land nog veel terug op digitaal gebied. De monocultuur leidt nu tot grote risico’s op financieel en digitaal gebied. Als er sabotage plaatsvindt aan zeekabels, kunnen noodzakelijke netwerken zomaar wegvallen, omdat ze geen back-up hebben. Dit probleem werd een tijd geleden natuurlijk ook al erg duidelijk, toen vliegvelden en ziekenhuizen plat lagen door de update van het antivirus programma van Microsoft.
Hoe zorg je voor meer redundantie?
Nu is de vraag natuurlijk: hoe zorg je dan voor meer redundantie in Nederland? Volgens politiek adviseur Marijn van Vliet zou het goed zijn als we een voorbeeld nemen aan Duitsland. Hier zorgt het Centrum voor Digitale Soevereiniteit (ZenDiS) ervoor dat de overheid minder kwetsbaar is. Dit initiatief zorgt er ook voor dat er meer gebruik wordt gemaakt van open-source software. Dankzij ZenDiS heeft de Duitste overheid een exit-strategie, dat is wat wij in ons land nu helaas missen. Publieke instellingen kunnen dankzij dit initiatief altijd terugvallen op een alternatief. Dit maakt instellingen onafhankelijker en dus ook beter beveiligd!
Dat kan toch ook in Nederland?
Ja, dat zou dus zeker ook in Nederland moeten kunnen. Alle open-source software wordt aan elkaar geknoopt en vervolgens wordt het onderhoud en het patchen hiervan uitbesteed aan een service provider en de hosting wordt verzorgd door een cloudleverancier. Het Ministerie van BZK moet dit in samenwerking met het Ministerie van Economische Zaken oppakken. Maar naast dit probleem hebben we natuurlijk ook nog de kwetsbare zeekabels bij de Nederlandse Antillen. In dit gebied lopen er maar twee routes met glasvezelkabels die allebei dezelfde aanbieder hebben. Gaat hier wat mis, dan ligt heel het Caribisch gebied plat. Hier moet dus in feite een extra kabel gelegd worden. Defensie is momenteel in gesprek met DINL over fysieke beveiliging van de zeekabels.
Waarom is de ECCO opgericht?
Het oprichten van de ECCO was een onderdeel van de schikking tussen Cispe en Microsoft in juli. Deze schikking was de oplossing van een mededingsklacht bij de Europese Commissie richting Microsoft. Het bedrijf werd ervan beschuldigd dat ze voor oneerlijke concurrentie zorgden. Deze leverancier verkoopt namelijk producten als Microsoft 365 en Windows steeds meer met zijn eigen Azure Cloud en andere diensten. Het gevolg hiervan is dat andere Cloudpartijen met eigen SaaS-diensten buiten spel worden gezet. Ook eindklanten die de software afnemen hebben hier uiteindelijk last van. Naast het samen oprichten van de ECCO betaalde het bedrijf een schadevergoeding aan Cispe en beloofde het een verbeterde versie van zijn Azure Stack HCI-product te ontwikkelen voor Europese Cloudproviders die vergelijkbaar is met hun eigen cloudoplossingen.
ECCO controleert Europese softwareleveranciers op deze manier!
De ECCO gaat Europese softwareleveranciers controleren op oneerlijke praktijken, maar in het begin zal hun focus liggen op het zorgen dat Microsoft zich aan de afspraken houdt. Momenteel testen leden van de waakhond de aanpassingen van Microsoft. In december vindt er een bijeenkomst plaats in Redmond, Washington met de technische top, waarna er een voortgangsrapport wordt verwacht. In februari en maart volgen er daarna nog evaluaties van de voortgang binnen de afspraken met het bedrijf. Deze werkwijze zal de ECCO ook toepassen voor andere softwareleveranciers binnen Europa, om op die manier de cloudmarkt eerlijk te houden en open te houden voor concurrentie!
Onafhankelijke controle door ECCO
ECCO is dus een compleet onafhankelijke organisatie, beheerd door het secretariaat van Cispe en maakt gebruik van een onafhankelijk bestuursmodel. Een groep Franse bedrijven en organisaties onder de naam Cigref en een Belgische vereniging van CIO’s en digitale technologieleiders onder de naam Beltug, zullen optreden als waarnemers namens de consumenten. Op die manier is het zeker dat de beoordelingen en uitspraken van ECCO 100% onafhankelijk en op de waarheid gebaseerd zijn.