geschreven door op 14 maart 2024
Intellectueel eigendom AI

Kunstmatige intelligentie heeft een hoop dingen in ons leven makkelijker gemaakt, maar daarnaast heeft het ook een hoop uitdagingen met zich mee gebracht. Een van die uitdagingen, die steeds relevanter wordt, is bij wie de rechten liggen van materiaal dat gecreëerd wordt door AI. Er zijn een hoop vakgebieden waarbij dit van toepassing is, of het nu gaat om het concept voor een nieuw product, een songtekst of een informatief artikel. Wanneer zit er intellectueel eigendom op een creatie van AI en bij wie ligt het eigendom dan?Nieuwe uitdagingen op het gebied van auteursrechten


Nieuwe uitdagingen op het gebied van intellectueel eigendom door de komst van AI  

Er zijn een hoop gebieden waarop er nieuwe uitdagingen zijn ontstaan door de komst van kunstmatige intelligentie:  

Content creatie

We gebruiken AI steeds vaker voor het genereren van creatieve content, zoals afbeeldingen, teksten of video’s. De vraag die nu steeds meer opkomt is bij wie de auteursrechten liggen bij content die door AI is gemaakt. Is dat de maker van het AI-programma, degene die de opdracht geeft aan de AI of de AI zelf? 

Merkrechten 

AI kan in principe ingezet worden voor het maken van namaakproducten van bepaalde dure merken. Merken moeten momenteel dus erg opletten dat er geen imitatie producten op de markt zijn van hun merk. Dit kan immers het imago van hun merk aantasten, bijvoorbeeld als de kwaliteit niet goed is en mensen er wel vanuit gaan dat de producten echt van dat merk zijn. 

Auteursrechten 

AI ontwikkelt zichzelf steeds sneller door, waardoor het binnenkort waarschijnlijk in staat is om auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren. Dit betekent dat AI mogelijk inbreuk maakt op de auteursrechten van kunstenaars en auteurs. Zo wordt het ook lastiger om te achterhalen wie nu de eigenaar is van een bepaald werk. Dit kan in veel branches voor problemen zorgen op het gebied van intellectueel eigendom, zeker in creatieve beroepen waar AI wordt gebruikt.

Octrooirecht 

Als je iets uitvindt, kun je hier een octrooi voor indienen. Zo claim je in principe de rechten van iets dat jij bedacht hebt en bescherm jij jouw uitvinding tegen mensen die het idee willen ‘stelen’. Inmiddels zijn er al een hoop AI-gerelateerde octrooien ingediend. Dit is echter niet zo simpel als het misschien lijkt. Er ontstaan snel juridische geschillen op het gebied van octrooirecht in verband met AI. Zeker als het gaat om bepalen wie de uitvinding nu echt heeft gedaan en of een uitvinding wel nieuw en innovatief genoeg is om een nieuw octrooi in te dienen. 

Het klonen van stemmen  

Je hebt het vast al wel eens voorbij zien komen: een video waarin een nummer gezongen wordt door een bepaalde acteur of zelfs een niet-bestaand persoon. Dit is gemaakt door de stem te klonen met behulp van AI. Erg leuk als het wordt gebruikt voor entertainment, maar er kan ook veel schade mee aan worden gericht. Zo wordt het stemklonen regelmatig ingezet voor fraude. Daarnaast kan stemklonen een inbreuk op auteursrecht veroorzaken, afhankelijk van hoe het wordt ingezet. 

Beschermen van gegevens  

AI-systemen hebben gegevens nodig om informatie te vergaren en om te leren. Er is al wel eens gebleken dat dit een inbreuk van privacy van gebruikers als gevolg kan hebben. Wanneer jij persoonlijke gegevens opgeeft in een gesprek met een AI-bot, gebruikt de AI deze gegevens dus ook om te leren. Inmiddels zijn er regels hierover opgenomen in de AVG.  

De oplossing: Nieuwe wetgeving  

De enige oplossing voor deze nieuwe uitdagingen is het implementeren van nieuwe wetgeving rondom het gebruik van AI. Het is belangrijk dat we ethische richtlijnen opstellen om zeker te weten dat AI goed gebruikt wordt op het gebied van Intellectueel Eigendom. De rechten van zowel consumenten als makers moeten hierin worden beschermd. Het is duidelijk dat we nog erg op zoek zijn naar een goede balans tussen het innoveren met AI en het beschermen van privacy en rechten. Er kan veel goeds worden gedaan met AI, maar helaas ook veel slechte dingen. Denk bijvoorbeeld aan identiteitsfraude en laster. Hier moeten duidelijke regels en richtlijnen voor zijn in onze wetgeving, zodat men ontmoedigd wordt om AI in te zetten voor onethische doeleinden.